Dinsdag, 15 november, 1994, Marrakech
Abdu toont ons enkele typische bouwwerken en poorten, vooraleer we naar de ‘echte’ soeks gaan, via een straatje waar alle ambachtslui vertegenwoordigd zijn: lederbewerkers, wevers, borduurders, pottenbakkers, meestal enkel mannelijke leden. Ze werken in omstandigheden die voor ons ondenkbaar zijn: in heel kleine krotpandjes, waar ze met zes of zeven op elkaar gedrumd hun ambacht moeten uitoefenen. Meestal vredige, teruggetrokken, maar aardige mensen. Anders dan de straatverkopers (die aan je plakken als stroop), laten ze je met rust en laten zich gewillig bespioneren. Ze zijn eigenlijk heel fier op wat ze doen en vinden het fijn te mogen tonen wat ze met handwerk tot stand brengen. ‘Le vrai artisanat’ glundert Abdu, terwijl hij een babbeltje doet met de ambachtslui. Ze wenken ons naderbij te komen om wat uitleg te geven over hun creaties en de manier waarop ze die maken. Jennie vraagt aan een lederbewerker of we met hem op de foto mogen. De man roept zijn ploegmaten erbij en we nemen een foto met de belofte dat we hen een exemplaar zullen opsturen. Een van de jongens schrijft zijn adres op een stukje leder. Lees verder Marrakech: De soek (3)